Mag je bij de re-integratie tijdens je burn out nu wel of niet zelf je behandeling kiezen? Een belangrijke vraag, want de juiste burn out behandeling is van het allergrootste belang voor een goed herstel. Gelukkig heeft Leona het antwoord op dit ingewikkelde vraagstuk. PS: heb je vragen over re-integratie? Zie dan onderaan dit artikel!
Mijn cliënten hebben een paar dingen met elkaar gemeen: ze voelen zich compleet uit het veld geslagen door hun burn out en ze willen zo snel mogelijk herstellen. Vaak hebben ze het over weer de oude worden. Dat lijkt me doorgaans geen goed idee (het is niet voor niets dat hun ‘oude versie’ vastgelopen is), maar wat ik wel begrijp, is dat ze alles aan willen grijpen om uit de alles wegvagende burn out te klimmen. De meesten gaan dan ook vastberaden op zoek naar een hulpverlener. Soms heeft de werkgever een providerboog (een groep geselecteerde hulpverleners waar de werkgever in de regel mee samenwerkt) waar de werknemer heen kan (moet) en meestal is het aan de werknemer zelf om adequate hulp in te schakelen.
Maar wat is adequate hulp en ben je vrij in je keuze? Daarover gaat dit artikel. Deze artikl is onderdeel van een serie: Dossier re-integratie bij burn out. In het eerste artikel heb je kunnen lezen over de rol van de bedrijfsarts: welke taken en bevoegdheden heeft deze? In het tweede artikel heb je kunnen lezen over de positie van de bedrijfsarts: hoe (on-)afhankelijk is hij? De derde stond in het teken van je privacy en het delen van je gegevens door de bedrijfsarts. De vierde ging over (vreemde) vogels in bedrijfsartsenland. In het vijfde artikel deelde ik een aangrijpende ervaring uit mijn werk met cliënten.
Counseling en psychosociale therapie
In het vorige artikel heb ik stilgestaan bij de verschillende mogelijkheden voor behandeling. Counseling en psychosociale therapie worden, als complementaire psychische zorg, onder de alternatieve behandelwijzen geschaard. Het woord alternatief wordt vaak in een adem genoemd met kwakzalverij. Of, synoniem gesteld met een niet bewezen effectieve methode. Stel, dat je, op aanraden van je werkgever of een collega (die er zelf goede ervaringen mee had) je graag wilt laten begeleiden door een psychosociaal therapeut. Je deelt dit ook met de bedrijfsarts. Deze zegt vervolgens dat hij er niet achter kan staan en dat hij je dringend aanraadt om, wil je je recht op doorbetaling behouden, een afspraak te maken met een psycholoog. Wat moet je dan? Ben je vrij om zelf je behandelaar te kiezen?
Het advies van de bedrijfsarts
Even terug naar het begin van dit dossier en de taken van de bedrijfsarts (zie artikel 1). Deze adviseert jou als werknemer en je werkgever bij verzuim. Hij stelt vast of je al dan niet in staat bent om je werk nog uit te voeren (ben je arbeidsongeschikt of niet). Hij geeft ook advies over je resterende mogelijkheden én over eventuele re-integratie bevorderende of belemmerende factoren.
Belemmerende factor bij re-intgratie
Het door eigen toedoen van de werknemer niet krijgen of volgen van voldoende medische behandeling wordt zo’n re-integratie belemmerend factor gezien. In het Burgerlijk Wetboek staat dat je gedurende 2 jaar recht hebt op doorbetaling bij ziekte, tenzij jij je eigen genezing belemmert of vertraagt (BW. 7:629, lid 3). Dat betekent dat jij als zieke werknemer je adequaat moet laten behandelen om te herstellen. Uit jurisprudentie blijkt dat van de bedrijfsarts verwacht wordt dat deze actief monitort en bepaalt of de door de zieke medewerker gekozen behandeling adequaat is of niet.
Wat is adequate zorg?
‘Adequaat’ wordt in de regel synoniem gesteld met evidence based. (Met evidence based practice wordt bedoeld: ‘Het gewetensvol, expliciet en oordeelkundig gebruik van het huidige beste externe bewijs bij het nemen van beslissingen over de zorg voor individuele patiënten, rekening houdend met de ervaring en het inzicht van de beroepsbeoefenaar en de wensen, voorkeuren en verwachtingen van patiënten’, aldus Wikipedia).
Is een behandeling niet erkend door de mainstream (eerstelijns) gezondheidszorg of is het zelfs controversieel, dan is grote kans dat de bedrijfsarts het afwijst. Gelukkig is de bepaling wat adequate zorg is, context afhankelijk. In de richtlijn van de Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde is het zo geformuleerd:
‘Dat een behandeling niet berust op sterke evidence of controversieel is in de beroepsgroep is niet per se een reden om aan te nemen dat die behandeling dan ook niet adequaat is. Of een behandeling adequaat is, hangt af van de vraag of die behandeling onder artsen gebruikelijk is en gezien de belasting en risico’s door de werknemer in redelijkheid geduld zal moeten worden. Het advies over de noodzakelijke behandeling zal vooral geëffectueerd moeten worden door middel van het overtuigen van de werknemer.’
Wat werkt voor wie?
Welke behandeling voor iemand werkt, is o.a. afhankelijk van de zieke persoon zelf, diens voorkeuren, draagkracht en leer-en reflectief vermogen. Het is ook afhankelijk van de deskundigheid van de hulpverlener en de relatie tussen de cliënt en de hulpverlener. Daarom is het belangrijk dat jij, als je kiest voor een behandeling dat valt onder de complementaire of alternatieve zorg, dit weloverwogen doet en goed onderbouwt aan je werkgever en de bedrijfsarts. Een paar tips hierbij:
1. Is de hulpverlener aangesloten bij een beroepsvereniging?
Kies voor een hulpverlener (therapeut, counselor of coach) die aangesloten is bij een erkende beroepsvereniging. Zo kun je ervan uitgaan dat het gaat om een gediplomeerde, deskundige hulpverlener die zijn/haar vak serieus neemt.
2. Neem de folder mee
Neem een folder/brochure mee van deze hulpverlener en laat het zien aan je werkgever/bedrijfsarts. Als het niet vermeld staat in de folder, vraag je hulpverlener om aanvullende informatie over diens werkwijze, kwalificaties enz. Aanbevelingen van eerdere klanten of opdrachtgevers zijn ook prettig om door te lezen.
3. Vraag om een driegesprek mét de hulpverlener erbij
Vraag je werkgever en/of bedrijfsarts om een driegesprek, waarbij ook de door jou beoogde hulpverlener aanwezig is. In een verkennend gesprek kunnen vooroordelen weggenomen en vragen beantwoord worden.
4. Stel tussentijdse evaluaties tussen bedrijfsarts en behandelaar voor
Heeft je werkgever en/of de bedrijfsarts je keuze voor de hulpverlener ‘goedgekeurd’, stel dan regelmatig overleg of tussentijdse evaluaties tussen de bedrijfsarts en je behandelaar voor. Dit mag in de vorm van rapportages of in een driegesprek – dan ben je zelf ook getuige van wat er besproken wordt.
5. Vraag de hulpverlener bevindingen, werkdiagnose en aanpak te delen
Vraag je hulpverlener om bevindingen, werkdiagnose en aanpak te delen met de bedrijfsarts. Als dit deskundig en zorgvuldig gebeurt, heeft de bedrijfsarts een goed beeld over de mate waarin de behandeling als adequaat en effectief gezien kan worden.
6. Kies voor een hulpverlener waar jíj vertrouwen in hebt
En bovenal: kies voor een hulpverlener waar jij vertrouwen in hebt, die jou serieus neemt en bij wie je het idee hebt dat deze hulpverlener (om allerlei rationele én emotionele redenen) de best aangewezen persoon is om jou te helpen bij je herstel.
Leona Aarsen is bedrijfscounselor en psychosociaal therapeut, eigenaar van anderZverder. Ze richt zich op preventie, voorlichting en begeleiding bij stress- en burn outgerelateerde klachten.
HEB JIJ VRAGEN OVER BURN OUT EN RE-INTEGRATIE? LEONA GAAT ZE BEANTWOORDEN! JE KUNT ZE VIA HET CONTACTFORMULIER, DE FACEBOOKMESSENGER VAN STRESSEDOUT OF HIERONDER IN DE REACTIES STELLEN. WIL JE ANONIEM BLIJVEN IN HET ARTIKEL, DAN IS DAT GEEN PROBLEEM.
LEES OOK: DIT IS DE ECHTE OORZAAK VAN JE BURN OUT…