Asha ten Broeke schrijft columns voor onder andere de Volkskrant. Wat was voor haar de meest belangrijke periode in haar leven? Wat is haar grootste inzicht in het leven? En… hoe houdt zij balans?
Wat is voor jou een belangrijke periode in jouw leven?
‘Nou, nu eigenlijk wel. Ik heb een periode achter de rug die mijn leven een radicaal andere wending heeft gegeven. Een wending waar ik eerst niet blij mee was, maar waar ik – na enig verzet – juist veel moois uithaal. Dingen die ik eerder misschien wat veronachtzaamde.’
Leg uit?
‘Vier jaar geleden kreeg ik een auto-immuunziekte: het syndroom van Sjörgen. De artsen weten het nog niet zeker, maar de kans is aanwezig dat ik daarnaast ook lupus heb. Het begon eigenlijk allemaal met een tand die vervangen moest worden. Als kind heb ik bij een val mijn bovenkaak gebroken, waardoor een voortand zonder wortel kwam te zitten en was gaan verkleuren. Ik besloot hem in oktober 2014 te laten vervangen door een implantaat. Een heel reguliere ingreep, normaal is zoiets zo genezen. Maar bij mij ging het afschuwelijk ontsteken en moest het tot viermaal opnieuw worden opengemaakt. In de periode erna voelde ik me moe en niet lekker. Leek me niet abnormaal. Maar in april was het nog steeds niet over. Sterker nog, het werd erger.’
Hoe was dat voor jou?
‘Ik werkte ruim zestig uur per week, typte vaak op zondagochtend ook nog even een artikel. Maar nu leek ik wel een vaatdoek. Ik had continu pijn in mijn gewrichten en was extreem moe. Toch deed ik alsof er niks aan de hand was, ik deed qua werk wat ik altijd deed, lange artikelen, mijn columns in De Volkskrant en Opzij en een cursus die ik regelmatig op zaterdag gaf, over wetenschapscommunicatie. Dat daarnaast alles me steeds meer moeite kostte, duwde ik weg. Ik kon het niet verenigen met het beeld dat ik van mezelf had: ik ben van nature energiek. Toen ik op een middag met mijn dochters naar de dierentuin ging en nauwelijks nog kon lopen en zelfs geneigd was om al staande in slaap te vallen, wist ik: er móet nu echt wat gebeuren.’
Er kwam meteen een diagnose?
‘De huisarts dacht eerst dat er niet zoveel aan de hand was; misschien lag het aan mijn gewicht, stress, was het psychosomatisch. Later bleek dat er dus wel degelijk een autoimmuunziekte actief was. Waarschijnlijk heb ik ook nog lupus. Ze gaan vaak samen. Beide ziekten kunnen een enorme aanslag doen op je gezondheid.’
Hoe was dat, zo’n diagnose te krijgen?
‘Ik was naar mezelf toe erg van het type ‘kan niet bestaat niet’. Ik verzette me er met alle macht tegen. Ik heb lang geprobeerd te onderhandelen, mijn plichtsgevoel was groot en ik was als zzp’er ook bang voor een inkomensdaling als ik voor mijn gezondheid zou kiezen. Maar toen het moment kwam dat ik mijn kinderen moeilijk om me heen duldde omdat ik niet op een dag én kon werken én twee meiden in mijn buurt kon hebben, ging er een knop om. Ik besloot pas op de plaats te maken, de balans op te maken en te kijken naar hoe ik mijn leven nu kon leven, met het gegeven dat er nu een andere situatie was.’
En wat was je conclusie?
‘We hebben een berekening gemaakt van hoeveel geld we nodig hadden om rond te komen. Met minder lukte het ook. Daarna heb ik nog even geworsteld met ‘ja maar, ik bén toch mijn werk?’ Dat laatste bleek wel mee te vallen. Ik houd van mijn werk, heel veel, maar ik bén het niet. Ik wil een leuk leven en dat kon alleen als ik het anders zou aanpakken. Want het was niet leuk meer op die manier. Het werd overleven.’
Je bent dus minder gaan werken, waar je je eerst tegen verzette…
‘Toen ik er eenmaal aan toe kon geven, merkte ik dat het me eigenlijk iets anders opleverde; ik moest op een radicaal andere manier gaan leven. Er zat niks anders op, want door je lichaam te overbelasten met deze aandoening, kun je het echt kapotmaken. Je kunt je nieren bijvoorbeeld echt slopen. Het duurde even, maar nu ben ik eigenlijk heel gelukkig.’
Hoe komt dat?
‘Het klinkt misschien zijig, maar ik ben veel meer gaan genieten van de kleine dingen van het leven. Die had ik daarvoor danig onderschat, vind ik nu. Het gaat niet meer om hoe veel ik kan, maar om hoe ik zo leuk mogelijk kan leven en vooral ook relatief gezond kan blijven. Ik weet simpelweg niet hoe lang ik me goed voel, dat stemt in zekere zin wat nederiger naar het leven. Ik realiseerde me dat ik veel dingen in het leven doelmatig deed, zélfs ontspannende dingen. Ging ik zwemmen, dan moest ik zo-en-zoveel baantjes doen, want dat was gezond. Nu laat ik me omvatten door het water, geniet ik van elke slag. Dat is ook zwemmen, maar heel anders.’
Daarover schrijf ik ook in mijn boek NIETS, precies die momenten waar je normaal altijd overheen leeft, omdat ze er niet toe lijken te doen.
‘Terwijl daarin soms gewoon heel veel geluk kan zitten, inderdaad.’
Je schrijft voor onder andere de Volkskrant columns en je schrijft soms behoorlijk kritisch over hete hangijzers… Waarom?
‘Ik wil schrijven over iets wat er toe doet. Ik heb een afkeer van de commentaarcultuur, het ‘meningencircus’. Met wat ik schrijf hoop ik eigenlijk bij te dragen aan een iets betere wereld. Dat doe ik door over mensen te schrijven die het moeilijker hebben in de samenleving. Zij zouden gedragen moeten worden door columnisten, vind ik. Ik ben voor radicale empathie. The powers that be moeten betwist kunnen worden, de mensen die in een kwetsbare positie zitten moeten verdedigd kunnen worden. Ik schrijf over dingen die misgaan, omdat ik hoopvol ben over de wereld. We kunnen beter dan dit. Dat denk ik echt. Al mijn kritiek komt uit een plek van, om het zo maar even te zeggen: ‘hoop’. Goede kritiek is een cadeau. Ik zie mezelf een beetje als een idealistische hippie.’
Je krijgt nogal eens haters op je dak, hoe is dat?
‘Dat doet me niet zo veel meer eerlijk gezegd. Ik ben een dikke vrouw met een mening. Ik ben daar oké mee.’
Ook niet als ze het op de vrouw spelen? Als je echt persoonlijk wordt beledigd?
‘Als ze bijvoorbeeld over mijn gewicht beginnen bedoel je? Dat maakt me echt niets uit. Dan hebben ze zichzelf eigenlijk al gediskwalificeerd, als dat de argumentatie wordt. Dat ik dik ben is voor mij geen nieuw bericht en ook geen belediging. Ik heb het nu zó vaak gehoord, dat dat soort opmerkingen me niks doen. Maar ik zit wel minder op Twitter, ik heb er gewoon niet altijd zin in.’
Ooit bang geweest als je weer werd aangevallen?
‘Een hele tijd geleden wel, er zijn wel bedreigingen aan mijn adres geweest en die kon ik maar moeilijk relativeren, maar ik weet nu dat dat ook te maken had met mijn ziekte; toen ik nog geen medicijnen kreeg, had de ziekte invloed op mijn gemoed. Daardoor was ik angstiger en had ik opeens meer moeite dingen van me af te laten glijden. Gelukkig is dat nu helemaal goed gekomen.’
Wat weten mensen niet over jou?
‘Ik ben introverter dan je op basis van mijn artikelen zou verwachten. Ik heb liever een bos om me heen dan een groep mensen. Jaren geleden kreeg ik de diagnose Asperger, ik denk ook niet dat veel mensen dat van mij zullen verwachten. Toch is dat geen geheim, ofzo. Het heeft positieve aspecten: zo ben ik altijd erg goed geïnformeerd als ik ergens over schrijf, omdat ik me er helemaal in verdiep. Maar het betekent ook bijvoorbeeld dat sociale contacten me helemaal kunnen uitputten, omdat ik vooral mezelf heb aangeleerd hoe je je dan gedraagt. Dat zal mensen vast verbazen, want ik kom meestal wel over alsof dat allemaal vanzelf gaat. Maar het kost me wel degelijk moeite en energie. En ik moet altijd hagelslag in huis hebben.’
Hoe bedoel je?
‘Ik heb bepaalde gewoontes waar ik niet zonder kan. Eén ervan is dat ik altijd ’s ochtends een boterham met hagelslag eet. Als er geen hagelslag is, kan ik echt helemaal van slag zijn. Ik weet rationeel ook wel dat het geen ramp is, maar toch ben ik dan totaal ontregeld.’
Wil je daarin een boegbeeld zijn, of niet?
‘Laatst zei iemand wel dat ik met mijn bekendheid daar meer aandacht en begrip voor kan creëren. En daar sta ik zeker voor open. Ik heb er dan ook weleens over geschreven en zal dat onderwerp ook niet ontwijken. Maar ik heb het wel lang moeilijk gevonden om het erover te hebben, vanwege het stigma op autisme. Toen ik net als journalist aan de slag ging heb ik er met opzet over gezwegen, omdat ik niet bekend wilde staan als ‘die ene met Asperger’. Het is bovendien maar een deel van wie ik ben: ik ben ook vrouw, ook moeder, ook dik, ook wit, ook queer, ook een science geek, ook een boekenwurm, ook een boswandelaar. Ik zou willen dat we met zijn allen meer moeite zouden doen om andere mensen in al hun complexiteit te zien. Misschien zouden we dan ook wat aardiger zijn tegen elkaar.’
Nog tips voor anderen voor meer rust in het leven?
‘Nou, wat ik zei: onderschat die kleine dingen niet. En wat voor mij ook een lifechanger was: mijn mobiel wegdoen een halfjaar geleden en overgaan naar een good old Nokia zonder internet of wat dan ook. Weet je hoe relaxed het is om niet meer continu naar je telefoon te grijpen omdat nu geen ruk meer op te zien is behalve sms’jes? Heerlijk. Als ik nu met mijn kinderen bij de kinderboerderij zit bén ik daar ook echt. Ik kan het werkelijk iedereen aanraden. Weer lekker uit het raam staren, zoals vroeger. Boeken echt lezen, in plaats van tussendoor Facebook checken.’
Nog meer tips om je fijn te voelen?
‘Altijd hagelslag in huis hebben. Maar dat is dus heel persoonlijk, hahaha.’
Asha ten Broekes boek Calm. The. Fuck. Down. is hieronder te koop!
LEES OOK: ROOS SCHLIKKER: ‘IK HEB DAT BLIJE LABRADOR ZIJN AFGELEERD’